Aantekeningen bij de Bijbel
Vragen, overdenkingen en achtergronden over de Bijbel,
welke resulteren in allerlei aantekeningen.
SV | En ziet, een Kananese vrouw, uit die landpalen komende, riep tot Hem, zeggende: Heere! [Gij] Zone Davids, ontferm U mijner! mijn dochter is deerlijk van den duivel bezeten. |
Steph | και ιδου γυνη χαναναια απο των οριων εκεινων εξελθουσα εκραυγασεν αυτω λεγουσα ελεησον με κυριε υιε δαβιδ η θυγατηρ μου κακως δαιμονιζεται
|
Trans. | kai idou gynē chananaia apo tōn oriōn ekeinōn exelthousa ekraugasen autō legousa eleēson me kyrie yie dabid ē thygatēr mou kakōs daimonizetai |
Algemeen
Zie ook: Bezetenheid, David (koning), Grens, Grenzen
Markus 7:26
Aantekeningen
En ziet, een Kananese vrouw, uit die landpalen komende, riep tot Hem, zeggende: Heere! [Gij] Zone Davids, ontferm U mijner! mijn dochter is deerlijk van den duivel bezeten.
- landpalen, of grenzen.
- Zoon van David, Er was een traditie in het judaïsme dat de Zoon van David, Salomo, grote genezende krachten had (Josephus, Ant. 8.42-49). Mogelijk dat hier een verwijzing naar is.
- uit die landpalen komende, Het kustgebied waar ook Tyrus lag, zo genoemd ter onderscheiding met Fenicië aan de noordkust van Afrika.
Vertaalnotities
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
δαιμονιζεται
van den duivel bezeten
|
En ziet, een Kananese vrouw, uit die landpalen komende, riep tot Hem, zeggende: Heere! [Gij] Zone Davids, ontferm U mijner! mijn dochter is deerlijk van den duivel bezeten.
- χαναναια G5478 hapax "Kananese"; (συραφοινικισσα G4949 "Syro-fenicië" Mark. 7:26)
- δαιμόνιον "door een demon bezeten"; Er zijn in het Grieks twee verschillende woorden die in de SV allebei met duivel zijn vertaald zodat het onderlinge verschil niet meer zichtbaar is. Dat is in dit soort gevallen een gemis, omdat het verschil in betekenis tussen de twee betreffende termen niet zonder relevantie is. Het Griekse διάβολος diabolosG01228 verwijst namelijk naar de duivel zelf, terwijl het woord δαίμων daimo̱nG01142 betrekking heeft op een engel van de duivel.
____
- ἔκραζεν א2 B D O Θ Σ f1 700 892 pc WHtext Nv; ἔκραξεν א* Z 0281 f13 579 1241 WHmg NR CEI ND Riv Dio TILC NM; ἔκραύγασεν C E G K (L) W Y Π 0106 565 Byz ς; ἔκραύγαζεν M
- λέγουσα WH NR CEI ND Riv Nv NM; αὐτῷ λέγουσα K L W Γ Δ 0106 (f1) 565 Byz vg syrh ς Dio TILC; ὀπίσω αὐτοῦ D
- υἱὸς B D W Θ 565 700 945 WHtext; υἱὲ א C E G K L Y Z Π 0106 f1 f13 892 Byz ς WHmg
- Δαυίδ Byz; Δαυείδ WH; Δαβίδ ς
- κακῶς Byz ς WH; δεινῶς f1 Origen; sevissime ita
- Komt niet voor in minuscule 28, ε 168, Colbertinus 4705 (C.R. Gregory, Textkritik des Neuen Testamentes, p. 135): Mat. 7:19-9:22, 14:33-16:10, 26:70-27:48, Luk. 20:19-22:46, Joh. 12:40-13:1; 15:24-16:12, 18:16-28, 20:19-21:4, 21:19-einde.
- Komt niet voor in minuscule 38, δ 355 (C.R. Gregory, Textkritik des Neuen Testamentes, p. 137): Mat. 14:15-15:30; 20:14-21:37; Mark. 12:3-13:4.
- Lacune in minuscule 69, δ 505 (C.R. Gregory, Textkritik des Neuen Testamentes, p. 144-145): Mat. 1:1-18:15;
- Lacune in minuscule 117, ε 506 (C.R. Gregory, Textkritik des Neuen Testamentes, p. 154): Mat. 1:1-18; 15:18-39;
- Lacune in minuscule 261, ε 282 (C.R. Gregory, Textkritik des Neuen Testamentes, p. 173): Mat. 10:21-11:1; 14:25-19:21; Luk. 24:39-53; Joh. 20:15-21:19;
- Lacune in minuscule 264, ε 284 (C.R. Gregory, Textkritik des Neuen Testamentes, p. 173): Mat. 1:1-7:14; 14:31-15:24; 15:37-16:24; 17:8-18:7; Luk. 18:17-30; Joh. 5:23-36; 6:69-7:12; 21:23-25;
- Lacune in minuscule 396, ε 217 (C.R. Gregory, Textkritik des Neuen Testamentes, p. 185-186): Mat. 1:1-23:27;
- Lacune in minuscule 416, ε 422 (C.R. Gregory, Textkritik des Neuen Testamentes, p. 187-188): Mat. 1:1-25:36; 26:17-27:17; 27:35-Mark. 2:25; Joh. 18:8-21:25;
Koop nu
Commentaar
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!